Voor dit artikel duik ik mijn kledingkast in. Ik ben geïnspireerd door de blogs die ik las op One World. Zij roepen je deze maand op om mee te doen met de Sta Droog! Challenge en geen kleding te kopen. Een maand geen kleding kopen vind ik een eitje, dat doe ik wel vaker. Maar het gaf me de aanleiding om eens dieper in het onderwerp te duiken en ik bleek een beerput open te trekken. Er zijn verschillende initiatieven die zich bezig houden met het nadenken over Fair Fashion.
Sta Droog! Challenge
Een maand lang droog staan dus. Waarom? Het blijkt dat het produceren van kleding ontzettend veel water kost. Noem me naïef, maar eerlijk gezegd had ik daar niet eerder zo over na gedacht. Slechts 2% van het water dat een gemiddelde Nederlander gebruikt, is water wat wij direct verbruiken door te douchen, koken of af te wassen. De rest verbruiken wij indirect door het kopen van nieuwe producten. De productie van met name kleding kost heel veel water. Ter vergelijking:
1 spijkerbroek = 8000 liter water = 100 douchebeurten
1 t-shirt = 2700 liter water
Dat zijn cijfers waar ik echt verbaasd over ben. Wat zoveel water kost is het verbouwen van katoen, het katoen klaarmaken voor bewerking (ginning), spinnen en weven, knippen en afwerken. Vaak gebeurt dit in landen die al weinig drinkwater hebben. Door deze industrie wordt dit dus alleen nog maar minder. Door dat waterverbruik daalt de grondwaterstand in de Bengaalse hoofdstad met een à twee meter(!) per jaar.
Hoe zit dit met biologisch katoen?
Biologisch katoen wordt geteeld zonder pesticiden en gesponnen zonder chemicaliën, volgens een internationaal certificeringstelsel (Global Organic Textile Standard, Organic Exchange Standards). Het verbouwen van deze katoen heeft dezelfde hoeveelheid water nodig als niet biologische katoen.
Schone kleren campagne
Iets waar ik wat minder naïef in ben zijn de arbeidsomstandigheden. Het kan niet anders dan dat er iemand wordt uitgebuit wanneer een shirtje maar €5 kost. Maar er zit nog veel meer achter, kwam ik achter toen ik de documentaire The True cost keek. Niet alleen de lonen zijn schrijnend laag, ook de arbeidsomstandigheden zijn heel slecht. Mensen werken ontzettend veel uren in fabrieken die letterlijk op instorten staan.
Er vallen doden door instorten van fabrieken, omdat er geen geld is de fabrieken te onderhouden. Er zijn verhalen bekend dat nooduitgangen op slot worden gehouden en mensen dus geen kant op konden bij een brand. Ook werden mensen, met gevaar voor eigen leven, terug gestuurd om kleding te redden. Er zijn geen vakbonden, dus niemand komt op voor de rechten van de werknemers.
Er worden veel chemicaliën gebruikt bij de productie van de kleding. Deze chemicaliën komen terecht in water waar mensen zich in wassen en in hun drinkwater. Het aantal mensen dat kanker krijgt en kinderen met een afwijking is enorm gestegen.
Ik heb niks in mijn kledingkast
Ken je het dat je het gevoel hebt dat er niks in je kast hangt? Als ik in mijn kast kijk, kan ik alleen maar bekennen dat dat niet waar is. Er blijken in totaal 117 kledingstukken in mijn kast te hangen en liggen. En dan heb ik jassen, schoenen en ondergoed niet eens meegeteld. Hoewel mijn kleding er frisgewassen bij hangt, zijn het lang geen schone kleren. Ik heb welgeteld 13 stuks tweedehands kleding, maar géén duurzame kleding. Dan wordt je wel even met je neus op de feiten gedrukt...
Ik voel me medeverantwoordelijk voor hoe het er in de wereld aan toe gaat. Elke keer als ik kleding koop, gaat dit ten koste van mens en milieu (over dier nog niet gesproken) en heeft een producent weer een reden om op deze voet verder te gaan. Ik kan de struisvogeltactiek toepassen en mijn kop in het zand steken, maar ik vind dat geen optie. Het is zo duidelijk dat dit anders kan en het is echt nodig!
En nu?
Ik heb nagedacht over hoe ik mijn impact zo klein mogelijk kan houden. 100% duurzaam en schoon bestaat helaas nog niet, maar er zijn wel betere alternatieven. Allereerst ga ik door met weinig kleding kopen. Ik kan best wat langer doen met die jeans, jas of trui. Je kunt spijkerbroeken leasen (Mud Jeans), kleding lenen via kledingbibliotheken of tweedehands kleding kopen.
Wanneer ik toch iets nieuws wil kopen, kan ik kijken naar de grondstof. Bamboe en hennep groeien snel, zonder dat daarvoor zulke grote hoeveelheden water nodig zijn. Voor de productie van een linnen shirt is bovendien (veel) minder water nodig dan voor een katoenen exemplaar. Daarnaast geldt voor linnen (afkomstig van vlas), hennep en bamboe dat het weinig bestrijdingsmiddelen nodig heeft om te groeien. Lyocell is een kunstmatige vezel op natuurlijke basis (houtvezel).
Apps gebruiken:
Eerlijk Winkelen: verwijst naar fairtrade, biologische en tweedehands winkels
Rank a Brand: kijkt naar arbeidsrechten, milieu-vriendelijke stoffen en beperken CO2-uitstoot
Talking Dress: alles over eerlijke kleding
Wat kan ik nog meer doen?
Oude kleding recycle ik meestal door deze weg te gooien in een kledingcontainer of aan de weg te zetten met een inzamelactie. Er zijn ook kledingwinkels die oude kleding inzamelen, zoals H&M, Jack&Jones en C&A. Katoen van deze kleding wordt opnieuw verkocht en gedragen, of wordt gebruikt als grondstof voor nieuwe soorten garen.